Uiteraard hoop je als ondernemer nooit in een juridisch geschil terecht te komen, maar de kans zit erin dat dit toch gebeurt. Als dat gebeurt, wordt wel eens gedacht: ‘ja, maar ik heb toch gelijk, dus heb niets te vrezen’. Dat is niet altijd zo: gelijk hebben is namelijk niet hetzelfde als gelijk krijgen. Het verschil zit hem (voornamelijk) in de vraag wat je moet bewijzen en wat je kunt bewijzen.
In dit artikel bekijken we wie wat moet bewijzen in een juridisch geschil. Er wordt gekeken naar waarom het van belang is of je iets kunt bewijzen, wanneer dat van belang is en wanneer je juist niets hoeft te bewijzen.
Overeenkomsten hoef je niet op papier te zetten, maar als je dat wel doet, kun je die afspraken maar beter goed vastleggen. Een van de zaken die daarbij belangrijk is, is het feit dat je voor jezelf duidelijk moet hebben wie je contractspartij is en wie het contract mag ondertekenen voor die partij.
Dat is niet altijd even eenvoudig, maar daarom helpen we je met dit artikel. We bekijken onder meer hoe je achter de correcte naam van je contractspartij komt (pas op met handelsnamen!) en hoe je uitvindt wie er rechtsgeldig mag ondertekenen voor je contractspartij.
Veel ondernemers komen vroeg of laat in een economisch mindere tijd terecht. Dat kan het gevolg zijn van een crisisachtige situatie (zoals de coronacrisis), maar kan ook het gevolg zijn van toegenomen concurrentie of onverwachte grote kostenposten. Als ondernemer moet je dan wellicht in de kosten gaan snijden.
Voor veel ondernemers zijn de lonen van werknemers een van de grootste kostenposten. Daarom bekijken we in dit artikel of je het loon van werknemers mag verlagen, wanneer dat mag (en vooral: wanneer niet) en wat de verdere gevolgen zijn van het verlagen van het loon van werknemers.
Als je concludeert dat een product dat aan jou is geleverd of dat jij als ondernemer hebt geleverd aan een klant niet voldoet aan wat er is afgesproken, zul je je hoogstwaarschijnlijk afvragen welke gevolgen dat met zich meebrengt. Moet je geld teruggeven? Moet je het product repareren?
Wat die gevolgen precies zijn, dat bekijken we in dit artikel. Er wordt aandacht besteed aan wat de maatstaf is voor producten die geleverd moeten worden, aan wat geëist kan worden als een product niet in orde is.
Als ondernemer zul je soms naar de rechter willen of moeten, bijvoorbeeld omdat je een factuur niet betaald krijgt of omdat een leverancier producten heeft geleverd die niet in orde zijn. Over het algemeen heb je zelf invloed op de vraag of een zaak voor de rechter komt of niet: óf je bent degene die de procedure start (de eiser) of je bent degene tegen wie de procedure wordt gestart (de gedaagde) en die niet vooraf heeft kunnen schikken (of een andere oplossing heeft bereikt).
Je hebt dus invloed op de vraag óf je naar de rechter gaat, dus dan is het ook goed om te weten wat de (financiële) gevolgen zijn van die keuze. In veel situaties is het namelijk financieel aantrekkelijker om niet naar de rechter te gaan. In dit artikel beschrijven we hoe dat zit voor een civiele rechtszaak.
Hoeveel kwaliteitscontrole je als ondernemer ook doet: vroeg of laat krijg je een klacht van een klant dat een uitgeleverd product niet in orde is. Een dergelijke klacht kan terecht of onterecht zijn, maar in beide gevallen is het verstandig om actie te ondernemen.
In dit artikel leggen we uit hoe je beoordeelt of een klacht over een product juridisch gezien steek houdt. Tevens beschrijven we welke mogelijkheden je klant heeft – en hoe je daar als ondernemer mee om kunt gaan.
Een ondernemer wil over het algemeen zo efficiënt mogelijk werken, want dat levert een beter (financieel) resultaat op. Overbodige handelingen dien je dus het best achterwege te laten. Sommige ondernemers kiezen ervoor om geen (of heel weinig) contracten op te stellen met leveranciers, financiers of klanten.
In dit artikel bekijken we of dat verstandig is. We bekijken wanneer een contract moet worden opgesteld (en wanneer een contract verplicht is), maar ook wanneer het wellicht achterwege kan blijven. Tevens bekijken we welke risico’s dit met zich meebrengt.
De sollicitatieprocedure houdt in vrijwel elk bedrijf een schriftelijke en mondelinge ronde in. In de schriftelijke ronde wordt aan potentiële medewerkers vaak een motivatiebrief en cv gevraagd. Vaak wordt een dergelijk cv niet op onjuistheden gecontroleerd: er wordt uitgegaan van de eerlijkheid van de sollicitant.
Soms is dat echter onterecht en blijkt achteraf -na indiensttreding- dat een werknemer heeft ‘gelogen’ op zijn cv (of in zijn motivatiebrief). Hoe ga je als werkgever om met een vervalst cv? Kun je de medewerker ontslaan? In dit artikel bekijken we de mogelijkheden.
Zoals vrijwel elke werkgever weet, bestaat er een beperking voor het aantal tijdelijke arbeidsovereenkomsten dat tussen werkgever en werknemer gesloten kan worden. Tevens is de tijd waarvoor die arbeidsovereenkomsten kunnen worden aangegaan beperkt. Sommige werkgevers proberen met handige trucs onder die regels uit te komen.
In dit artikel bekijken we de praktijk om werknemers die geen nieuw arbeidscontract meer kunnen krijgen, uit dienst te laten gaan waarna ze via een uitzendbureau of payrollbureau weer in dienst genomen. Het uitzendbureau is dan dus de nieuwe werkgever geworden en zo wordt voorkomen dat het maximum aantal of de maximale duur van de tijdelijke arbeidsovereenkomsten wordt overschreden. Kan dat?
Wanneer je ondernemer bent, kom je regelmatig in contact met klanten die niet betalen en wellicht ook soms met leveranciers die niet leveren. Natuurlijk stuur je dan een aanmaning, maar hoe moet dat precies? Hoeveel aanmaningen moet je verzenden en wat moet erin staan?
In dit artikel wordt beschreven waarvoor een aanmaning dient, hoe vaak je iemand die niet betaalt moet aanmanen en wat er in een een dergelijke aanmaning moet staan. Ook bekijken we wat je kunt doen als je aanmaning geen effect lijkt te hebben.