De meeste particulieren en ondernemers hebben niet zo veel te maken met juridische procedures. Daarom bestaan er een aantal hardnekkige misverstanden over hoe een dergelijke procedure verloopt en wat daarin belangrijk is.
Wat vaak wordt gedacht, is dat de rechter rekening zal houden met de intenties van de betrokken partijen. Dat goede wil in de aanloop naar een juridische procedure ervoor zal zorgen dat de procedure wordt gewonnen. In hoeverre is dat zo?
Goede wil kan geen kwaad, want het zorgt ervoor dat in de praktijk over het algemeen de juiste beslissingen worden genomen. Wordt echter toch de verkeerde beslissing genomen, of wordt ondanks de goede wil bijvoorbeeld wanprestatie gepleegd, dan verbindt de wet daar duidelijke gevolgen aan. Goede wil kan die gevolgen niet aan de kant zetten.
Een rechter is simpelweg gebonden aan de wet. Zegt de wet dat iets wel of niet mag, dan heeft de rechter maar heel weinig mogelijkheden om daar nog vanaf te wijken. De reden daarvoor is de rechtszekerheid, zodat mensen kunnen ‘bouwen’ op de wet. Regels die steeds veranderen of steeds anders worden toegepast zouden het leven onwerkbaar maken. Afwijking van de wet kan enkel in zeer uitzonderlijke gevallen.
Peter heeft een eenmanszaak en voert werkzaamheden als bouwvakker uit. Hij heeft afgesproken met een klant dat hij een muur zal metselen op 20 maart. Echter, op de ochtend van 20 maart is Peter doodziek. De klant moet daardoor allerhande andere werkzaamheden verzetten, lijdt schade en probeert schadevergoeding van Peter te eisen. Peter verweert zich in de rechtszaal met het argument dat hij écht het beste met de klant voor had, maar niet kon werken omdat hij doodziek was. De rechter zal erg met Peter van doen hebben, maar zal hem ook schadevergoeding laten betalen.
Linda heeft altijd netjes haar rekeningen betaald. Doordat haar werkgever in betalingsproblemen verkeert, krijgt ze haar loon niet. Daardoor kan ze de net geplaatste douchecabine niet op tijd betalen. De leverancier van de douchecabine zendt haar aanmaningen, maar Linda kan niet betalen omdat haar loon niet wordt gestort. De leverancier besluit om haar te dagvaarden. Linda is daar niet zo bang voor: ze heeft toch een goede reden? De rechter zal echter anders besluiten: Linda zal toch moeten betalen, doet ze dat niet, dan mag de leverancier beslag leggen.
Hans is werkgever en is erg begaan met zijn werknemers. Als een werknemer die zich regelmatig misdraagt, zich op een gegeven moment ziek meldt, vraagt Hans om bewijs daarvan. De werknemer laat echter niets meer van zich horen. Hans zendt de werknemer een mededeling dat hij het loon stopzet. De werknemer schakelt een jurist in, die een loonvordering instelt: Hans mocht hooguit het loon opschorten (en dus later alsnog betalen), niet stopzetten. Hans voert tijdens de zaak aan, dat de werknemer zich al zo vaak heeft misdragen, dat op een gegeven moment de maat vol is. De rechter zal het standpunt van Hans begrijpen, maar zal de werknemer toch in het gelijk stellen.
Het is niet zo, dat goede wil nooit van belang is. Er zijn namelijk een aantal situaties waarin de wet bepaalt dat goede wil van belang is:
Concluderend kan worden gezegd, dat het tonen van goede wil geen kwaad kan, maar dat goede wil geen garantie is dat een juridische procedure gewonnen wordt. Een procedure waarin de zich totaal misdragende wederpartij toch op grond van de wet gelijk heeft, zal vrijwel altijd in zijn voordeel uitvallen.
Daarom is het van belang om niet alleen een goede houding in het voortraject te hebben, maar om je ook op tijd te informeren over je juridische positie. Is die juridische positie in orde, dan heb je weinig om je zorgen over te maken, zeker wanneer je je altijd netjes hebt gedragen.