Enige tijd geleden kregen we de vraag voorgelegd of een overeenkomst zonder handtekening rechtsgeldig kan zijn. Het ging om een grote order, alles was in een overeenkomst op papier vastgelegd, er was nog een aantal keren over de bepalingen onderhandeld, maar door omstandigheden was de definitieve overeenkomst door de wederpartij nooit getekend.
De koper weigerde later om de goederen af te nemen en om de factuur te betalen. Is dat terecht, of had de koper toch de goederen moeten afnemen en de factuur moeten betalen?
Het moge natuurlijk duidelijk zijn, dat het niet laten ondertekenen van een overeenkomst niet handig is. Een handtekening zorgt ervoor dat er:
Het laten ondertekenen van een overeenkomst is daarom bewijstechnisch vrijwel altijd gunstig en kan het best niet worden vergeten. Wat als dat toch gebeurt?
Wanneer er toch een conflict ontstaat over een overeenkomst zonder handtekening, zal moeten worden bekeken hoe die overeenkomst tot stand is gekomen en of de overeenkomst al (gedeeltelijk) is uitgevoerd. Hoewel de wet hier geen duidelijke regels over geeft, kunnen twee soorten overeenkomsten worden onderscheiden:
We bekijken deze categorieën hierna nader.
Een overeenkomst komt tot stand door een aanbod (‘Wil je van mij 1000 kilo potgrond kopen voor € 1,- per kilo?’) en een aanvaarding daarvan (‘Natuurlijk!’). In elke overeenkomst moeten zowel aanbod, als aanvaarding herkenbaar zijn.
Een overeenkomst waarover niet is onderhandeld, kan worden gezien als een aanbod. Immers: er is niet in samenspraak tot een bepaald document gekomen, maar één partij heeft het document opgesteld en legt het voor aan de andere partij ter ondertekening voor akkoord. De aanvaarding kan worden gevonden in het zetten van een handtekening onder deze overeenkomst. Vaak kan de aanvaarding ook worden gevonden in het uitvoeren van de overeenkomst (de potgrond wordt geleverd, de koopprijs wordt betaald).
Vindt geen van beiden plaats? Dan is er weliswaar een aanbod, maar is dat aanbod nooit aanvaard. Dat houdt dus in, dat de overeenkomst zonder handtekening niet tot stand is gekomen en dat er geen rechten aan kunnen worden ontleend.
Zoals hierboven al is aangegeven, draait het om aanbod en aanvaarding. Is een schriftelijke overeenkomst waarover niet is onderhandeld en die niet is ondertekend wél ten uitvoer gelegd, dan kan uit die tenuitvoerlegging in veel gevallen een rechtsgeldige overeenkomst kunnen worden geconcludeerd.
Is er wél onderhandeld, maar is nooit een handtekening onder de overeenkomst gezet en wordt ook geweigerd om uitvoering hieraan te geven? Ook dan is de race nog niet gelopen. Er kan namelijk al tijdens het onderhandelen een kernovereenkomst over de belangrijkste bedingen zijn ontstaan. Als de handtekening enkel nog maar een formaliteit was, dan kan er vaak toch al worden gesproken van een overeenkomst.
Was de handtekening nog verder weg dan enkel een formaliteit en waren de onderhandelingen nog aan de gang, dan zou het toch kunnen dat er al een zekere vorm van aansprakelijkheid van de andere partij is ontstaan. Gezien de complexiteit van die materie, is het verstandig om een jurist te raadplegen hierover.
Zit je nog in de fase waarin het mogelijk is om de overeenkomst nog te laten ondertekenen? Laat dan altijd alsnog de handtekening zetten. Voorkomen is beter dan genezen.
Kan dat niet meer en dreigt er een conflict of is er al een conflict ontstaan? Dan is het verstandig om goed uit te zoeken óf er een overeenkomst tot stand is gekomen en wat de gevolgen daarvan zijn. Aan de hand daarvan kan een goede strategie worden opgesteld om ervoor te zorgen dat het conflict een zo gunstig mogelijke afloop heeft.